Waar kun je nu beter alle kennis over agricultuur toepassen en verder ontwikkelen dan in Almería? Het Nederlandse bedrijf Koppert is daar al jaren actief. We namen een kijkje achter de schermen.
Lang voor het woord ecologisch op ieders lippen lag, had Jan Koppert een probleem. Hij verbouwde komkommers in het Oostland en bleek allergisch te zijn voor de bestrijdingsmiddelen die in de jaren zestig nog volop gebruikt werden. Hij ging op zoek naar een alternatief om de spint te bestrijden en vond de natuurlijke vijand: de roofmijt. Zijn komkommers zagen er beter uit en smaakten lekkerder dan die van zijn collega-telers en hij kreeg er op de veiling dan ook een betere prijs voor. Logisch dus dat hem gevraagd werd wat de truc was. Het begin van een bedrijf dat nu in meer dan dertig landen een vestiging heeft.
Hommels vangen voor een zakcentje
“Ik kan me nog herinneren dat we met onze neven [de kleinkinderen van Jan Koppert, red.] in de vakantie hommels gingen vangen voor de bestuiving van gewassen, we kregen een rijksdaalder voor een doosje vol” vertelt Boaz Oosthoek. “Inmiddels hebben onze onderzoekers meer dan honderd insecten gevonden die ingezet kunnen worden om schadelijke beestjes te bestrijden. Daarnaast hebben we een uitgebreid assortiment van microbiologische oplossingen voor allerlei schimmels, bacteriën en virussen waar men in de land- en tuinbouw mee te maken heeft. We hebben ons lang alleen op de teelt in kassen gericht, tegenwoordig hebben we ook oplossingen voor de teelt in de openlucht.”
Elk land is anders
Het Spaanse Research Centre van Koppert ligt aan de rand van het uitgestrekte kassengebied bij Vicar, in de Andalusische provincie Almería. “Ons grootste onderzoekscentrum zit in Berkel en Roderijs, daarnaast hebben we centra in Brazilië, de Verenigde Staten en dus hier. Verschillende locaties opdat we onder diverse klimaatomstandigheden kunnen testen. Hoewel we klanten hebben in heel Spanje, is Almería voor ons de meest geschikte plek, het is het grootste kassengebied van Europa” aldus Boaz.
Oosthoek is zeer te spreken over de samenwerking met de regionale ondernemers en de diverse Spaanse universiteiten. Koppert werkt voornamelijk samen met de universiteiten van Málaga, Córdoba en Valencia. Waar mogelijk worden onderzoeken en gegevens met elkaar gedeeld zodat problemen waar telers mee te maken krijgen zo snel mogelijk opgelost kunnen worden.
Reizende beestjes
“Een plaag of een ziekte kan de hele oogst om zeep helpen en dat heeft niet alleen gevolgen voor de teler zelf, het betekent ook dat er minder groenten en fruit op de markt komen. We hebben een heel scala aan oplossingen maar we weten natuurlijk allemaal uit het recente verleden dat bacteriën en virussen razendsnel kunnen muteren en dan resistent zijn voor welke vorm van bestrijding ook.
Het feit dat producten en mensen de hele wereld over reizen betekent dat ook allerlei ziektes en insecten meereizen” vertelt Boaz.
Zonder paspoort niet welkom
Eén van die onwelkome reizigers naar Europa is de wolluis uit Afrika die de tuinbouwers nu het leven zuur maakt. Er is een natuurlijke vijand en die zou ook makkelijk op grote schaal ‘geproduceerd’ kunnen worden ware het niet dat daar geen toestemming voor wordt gegeven. Die vijand hoort namelijk ook niet in Europa thuis.
“Het krijgen van een vergunning voor de verkoop van een natuurlijk bestrijdingsmiddel is in Europa een extreem lastig gebeuren. Op zich goed dat men het risico niet wil lopen dat die exoot ecosystemen in gevaar brengt, maar ondertussen doet de Afrikaanse wolluis dat wèl. Bovendien zorgt die ook nog eens voor financiële schade voor de telers. In de Verenigde Staten lopen de procedures ook erg traag. In Afrika daarentegen kun je binnen zes maanden een vergunning krijgen en is men net zo grondig in de regelgeving.
Bestendige planten
Terwijl we door het laboratorium en de kassen, met alles hermetisch van elkaar gescheiden, lopen vertelt Boaz over de diverse onderzoeken waar men nu mee bezig is. Voor de meeste schadelijke insecten inde tuinbouw is al een natuurlijke oplossing gevonden, het gaat nu vooral om de diverse bacteriën, schimmels en virussen. De onderzoekers hebben inmiddels duizenden mogelijke oplossingen voor diverse ziektes gevonden.
“We richten ons nu vooral op onderzoek dat als doel heeft de plant gezonder te maken. Je kent ongetwijfeld het woord ‘waterstress’. Een plant verzwakt als er niet voortdurend voldoende water is en dat betekent dat ze vatbaarder zijn voor ziektes. Ons doel is planten op ecologische wijze sterker te maken zodat ze überhaupt minder water nodig hebben en dus ook gezond en productief blijven. Een uitdaging maar absoluut nodig, zeker in Spanje waar de droogte ook in de toekomst een groot probleem zal zijn” sluit Boaz af.