We leven inmiddels alweer een paar dagen in een vrij land. Nou ja vrij… er is in ieder geval geen sprake meer van de noodtoestand. De regering wil nu graag dat we met z’n allen het nieuwe normaal omhelzen, en daarbij hoort zeker niet dat we elkaar weer gaan omhelzen. Onlangs bracht ik een zeer aangename middag op het terras door met een vriendin. Bij aankomst begroetten we elkaar op de ongemakkelijke wijze die nu de norm lijkt te zijn. Bij vertrek vertoonden we beiden ons natuurlijke gedrag en zonder er ook maar over na te denken gaven we elkaar een omhelzing. Toen we ieder ons weegs gingen zag ik een paar mensen heel erg boos naar ons kijken.
Ach ja, we leven in een vrij land. Ik doe wat ik voel dat goed voor mij is en probeer zo veel mogelijk rekening te houden met anderen. Je zult mij niet boos zien kijken naar mensen die in een vrijwel lege straat hun halve gezicht met een lapje stof bedekken of die voor de zekerheid op bijna 3 meter afstand blijven staan als ze een praatje maken. Ik word blij van een telefoontje van een vriend uit Madrid die me geëmotioneerd vertelt dat hij eerder die dag voor het eerst sinds drie maanden weer iemand omhelst heeft. Of van een vrijgezelle vriendin die een uitermate leuke date heeft gehad.
Iedereen doorloopt zijn eigen proces, in het leven en dus ook in deze vreemde tijden. Ik heb nog eens alle artikelen gelezen die ik in de afgelopen maanden over mijn belevenissen heb geschreven. Wat is er in korte tijd enorm veel gebeurd! Het was een achtbaan aan emoties en ontwikkelingen. En het is nog niet voorbij. De gevolgen van de afgelopen maanden zullen nog lang te merken zijn. In de samenleving, de economie maar ook bij mezelf. De afgelopen maanden zijn goed geweest om niet alleen mijn huis en tuin maar ook mijn geest eens grondig schoon te maken en op te knappen. Wat zijn mijn eigen waarden en normen? Wat mis ik in mijn leven en hoe kan ik de omstandigheden creëren waarin ik de beste versie van mezelf kan ervaren? Dat klinkt misschien wat zweverig allemaal maar soms moet je even niet met beide benen op de grond staan om een ander perspectief te krijgen. Daarom, en omdat ik de afgelopen maanden het gevoel had dat mijn vleugels gekortwiekt waren, ga ik morgen vliegen. Niet in een vliegtuig maar gewoon met een enorme lap stof op mijn rug gebonden van een berg afspringen. Vrij als een vogel.
PS. Voor diegenen die denken dat de vliegactie een definitief afscheid betekent: het is een tandemvlucht met een professionele paraglider dus dat moet goed gaan.