Op een uur afstand vanaf de stad Málaga ligt, net even onder Antequera, een indrukwekkend landschap. Rijdend vanuit het dorpje Villanueva de la Concepción doemt een grote, indrukwekkende rotswand op: El Torcal. Vol bijzondere karstformaties is dit één van de meest unieke natuurgebieden van heel Spanje. Een bijna buitenaards landschap. De erosie door water en wind heeft het zelfs een beetje surrealistische sfeer gegeven.
Het natuurpark van El Torcal is, zoals gezegd, een karst-landschap van kalksteen. Ongeveer 200 miljoen jaar geleden lag een gedeelte van Europa en het Midden-Oosten onder de zee van Tethys. Door de opeenhoping van skeletten en schelpen van zeedieren op de bodem van de zee begon een proces van koolzuurhoudende sedimentatie. Deze sedimenten hebben zich in een tijd van 175 miljoen jaar op verschillende niveaus opgehoopt en verdicht tot horizontale lagen met een dikte van duizenden meters.
Toen de Iberische en Afrikaanse platen later tegen elkaar aan schoven werden de sedimenten samengedrukt, vervormd en gebroken. Een gedeelte kwam aan de oppervlakte te liggen. Door de langdurige werking van water, ijs en wind op de kalksteen ontstond dit spectaculaire landschap.
Karst is te vergelijken met een grote spons. Regenwater wordt opgeslagen en zakt naar binnen, waardoor de oplossing van de koolzuurhoudende kalksteen wordt bevorderd. Het regenwater vormt samen met het koolstofdioxide uit de lucht een zuur dat een chemische verbinding aangaat met de koolzuurhoudende kalksteen. De stof die daardoor ontstaat is oplosbaar in water en wordt gemakkelijk meegevoerd door de regen. Hierdoor ontstaan grotten en leisteen.
Langs de hele omtrek van El Torcal komt het water op het laagste punt weer naar buiten via bronnen. De kalksteen komt zowel voor in dunne lagen als in massieve blokken, is meer of minder poreus en koolzuurhoudend. Als gevolg hiervan gaat de erosie op sommige stukken sneller, waardoor de grillige vormen ontstaan. Zoals punten en bogen, plateaus, gangen en, zo je wilt, de rots voorstellingen.
Mooie bloemen en enge slangen
De samenstelling van de bodem is zo speciaal dat er ook speciale (beschermde) plantensoorten groeien. Er zijn maar liefst 664 soorten, in het voorjaar vind je er o.a. de bergroos en verschillende wilde orchideeën.
Er leven hier 23 soorten zoogdieren, waaronder de Cabra Montés en de vos. En de liefhebbers van vogels kunnen hier hun hart ophalen met maar liefst 93 vogelsoorten. Met een beetje geluk en geduld kun je tijdens een wandeling de vale gier, de gouden adelaar, de roodsnavel kauw die nestelt op kliffen en in grotten en de veel voorkomende blauwe rotslijster tegenkomen.
De lime-groene en grootste hagedissoort van Europa ‘woont’ hier ook. En dan is er nog de stompneuzige, beetje giftige adder. Die laatste zien we overigens liever niet.
De route
(5 km, 1,5 tot 2 uur, makkelijk maar soms over keien)
Op rustige dagen kun je via de A-7075 en afslag MA9016 rijden tot aan het bezoekerscentrum (Torcal Alta). Op drukke dagen kun je rijden tot aan de slagboom en van daaruit naar boven lopen (3,5 km over de oranje route) of gebruik maken van één van de pendelbussen. Als je met de auto kunt doorrijden, vergeet dan niet te stoppen bij de mirador iets verderop. Prachtig uitzicht!
Het weer in Torcal kan heel anders zijn dan dat aan de kust. Soms pakken zich dikke mistwolken rond de pieken en kan het best koud zijn. Neem daarom voldoende kleding mee en bepaal boven wat meegaat op de wandeling. Deze wandeling loopt over een pad met rotsblokken en grote keien ertussen. Niet ingewikkeld maar pas op wanneer het heeft geregend, het kan dan behoorlijk glad zijn.
De route start op de parkeerplaats naast het bezoekerscentrum. Wanneer je komt aanrijden, direct rechts in de hoek. Daar staan ook informatieborden. Maar misschien is toch eerst behoefte aan een stop bij het bezoekerscentrum voor koffie en toiletten Omdat we graag alles willen zien combineren we de gele langere route (3 km) met de groene van slechts 1,7 km. We maken een “8-je”. We volgen eerst de paaltjes met zowel een gele als groene band. Kijk goed rond terwijl je loopt want al heel snel zagen wij de eerste steenbokken, springend over de hoogste rotsen. Na zo’n 10 minuten bereiken we de eerste vallei met rotsen rondom. Een prachtig gezicht. Dit is Torcal.
Met een beetje fantasie
Sommige rotsen hebben als gevolg van erosie unieke vormen die tot de verbeelding spreken gekregen. De Sfinx, de kanarie, de kan met de fles en de kameel. In het restaurant van het bezoekerscentrum hangen foto´s van deze voorstellingen. Handig om die van tevoren even te zien. Laten we het erop houden dat je zelf ook iets anders kunt verzinnen.
We volgen de paaltjes en zodra de gele en de groene uit elkaar lopen (na zo’n 600 meter), nemen we de groene route, het dal in. We steken over en aan de overkant zoeken we naar het gele paaltje, waar we dan rechtsaf gaan. Hier staan de gele pijlen op de rotsen en paaltjes de andere kant op, we gaan nu immers tegen de richting in. Er volgt een stuk met wat smallere paden tussen de hoge rotsen door. Terwijl we genieten van de rotsformaties lopen we de linkerbocht en komen weer op het punt waar we eerder afsloegen de vallei in. Dit doen we nu nog een keer, van geel gaan we weer over in groen, maar nu gaan we aan het einde juist linksaf: de geel/groene route. Volg je het nog? Denk aan het 8-je.
Zeedieren boven water
We bereiken het laatste gedeelte. In de verte zien we het bezoekerscentrum weer opdoemen. Wanneer het pad verandert in grind en er een kleine open vlakte komt, met in het midden een paaltje, kunnen we even een uitstapje omhoog maken om daar van het uitzicht te genieten.
Eerder zagen we vanuit de verte hier al mensen op indrukwekkende hoogte. Naar boven loop je in 3 minuten. Daar zien we dat de bovenkant van de grote rotsformatie vol scheuren zit. Rechts zijn 2 uitstulpingen. Wanneer je daardoorheen loopt kun je in het oppervlak zelfs nog fossielen van zeedieren vinden. Bijzonder.
We dalen weer af naar het bezoekerscentrum, vanuit hier kan je nog een uitstapje maken naar de mirador, zeker aan te raden als je de eerder omschreven klim naar boven niet wilde maken.
Wie nog een stukje verder wil gaan kan nu, ook vanaf het parkeerterrein, nog de oranje route naar beneden nemen. Daar bevindt zich, niet al te ver vanaf boven, “El Tornillo” (de schroef), de rotsformatie die je vaak op foto’s van Torcal aantreft en die is uitgeroepen tot natuurmonument. Deze formatie illustreert perfect wat dit natuurgebied te bieden heeft; de oude horizontale sediment lagen die door erosie zijn blootgelegd. Een klein stukje heen en weer kan ook, of iemand zal de auto mee moeten nemen naar beneden.
Even bijtanken
Aan het einde van de route kun je bij het bezoekerscentrum, waarvan de expositieruimte eigenlijk wel een opfrisbeurt kan gebruiken, wat eten. Maar het is wellicht gezelliger om in het dorp, waar we op de terugweg toch weer doorheen rijden, een stop te maken bij “Meson Rincon de la Villa”, gelegen aan de doorgaande weg door Villanueva de la Concepción. Vanaf het terras kun je ook nog even genieten van het fraaie uitzicht op El Torcal.