Aan Torremolinos wordt gewerkt. Omdat de roemruchte kustplaats al bijna zeventig jaar een geliefde vakantiebestemming is, achtte de gemeente een opknapbeurt dringend nodig. Ondanks diverse hermodelleringswerkzaamheden biedt de stad tal van interessante plekken, zowel historisch gezien als op het gebied van vermaak. Je kunt er op een aangename manier je tijd doorbrengen.
Tekst & foto’s: Else Beekman
Het kleine vissersdorpje met een relatief vrije geest in het donkere Spanje van Franco veranderde in de jaren vijftig en zestig van idyllisch vakantieoord voor beroemdheden als Brigitte Bardot, John Lennon, James Brown en Frank Sinatra vanaf halverwege de jaren zeventig langzaam in een vakantieoord voor de massa. De massa die koos voor de all inclusive pakketreizen, wist echter niet de tolerante en liberale geest uit Torremolinos te verdrijven. De stad bezit al jaren een bruisende LGBT-scene en organiseert elk jaar de tweede grootste Gay Pride van Spanje.
Het historische centrum van Torremolinos is altijd levendig en gezellig gebleven en hetzelfde geldt voor de beroemde – onder Nederlanders en Vlamingen zeer geliefde – wijk La Carihuela. De vier stranden Los Alamos, Playamar, El Bajondillo en La Carihuela zijn lang, breed en schoon en met uitstekende voorzieningen en populaire beach clubs, die vanwege het comfort en de reputatie ook mensen van verder weg trekken. Tel daarbij op dat Torremolinos op drie plaatsen na de meeste bars en restaurants in Andalusië heeft en je zult je er op culinair vlak ook uitstekend vermaken. Aan de hand van diverse markante punten, leer je Torrmeolinos beter kennen.
Het water en de molens
Door en rond Torremolinos stroomt al sinds mensenheugenis rijkelijk water vanuit bronnen in de bergen naar zee. De Arabieren benutten de waterkracht van deze ‘cauce’ en bouwden er een twintigtal watermolens die tot 1926 in bedrijf waren. Het water volgde ‘El Cau’, door wat nu Calle Cauce is, parallel aan de beroemde winkelstraat Calle San Miguel, tot het water met donderend geraas richting zee stortte waar nu de Cuesta del Tajo is. Met de molens die van de waterkracht gebruik maakten, werden granen, mineralen, zout en olijven gemalen. De katholieke koningen gaven de molens, het omliggende gehucht en het water na hun overwinning op de Moren aan de stad Málaga. Zo bleef Torremolinos een ‘barrio’ van Málaga tot de eerste onafhankelijkheid in 1801. De enige molen die nu nog te bezichtigen is en die volledig werd gerestaureerd en een monumentale status bezit, is Molino de Inca aan de rand van de stad met een gevel uit 1488. In de molen is nu een museum dat inzicht biedt in de geschiedenis van de watermolens en hun invloed op de huidige stad. Er omheen ligt een bijzondere botanische tuin. (Turismotorremolinos.es/en/discover/places-of-interest/molino-inca/).
De toren
Het leven bij de molens was helaas niet zonder gevaar. Dat kwam in de vorm van piraten uit de zee. Om aanvallen te weren, werden langs de hele kust wachttorens gebouwd. Een ervan diende specifiek ter bescherming van de molens. Dit was de Torre de los Molinos, de huidige Torre Pimentél, die in 1300 werd gebouwd en nu nog te zien is op het laagstgelegen gedeelte van de Calle San Miguel vlakbij de gelijknamige mirador. In 1489 wordt voor het eerst op schrift naar de plaats bij de molens gerefereerd met la torre de los molinos (de toren van de molens) tot het definitief Torremolinos werd. De molens waren tot 1924 in bedrijf tot het water definitief naar Málaga werd omgeleid en elektriciteit hun werk deels overbodig maakte. De laatste werkende molen was Molino de Manojas. Deze pureerde linzen voor het bedrijf Ceregumil. Torremolinos hoorde door de eeuwen heen diverse keren bij Málaga. Op 27 september 1988 werd de stad definitief zelfstandig. Deze dag wordt jaarlijks gevierd en valt samen met de Feria de San Miguel rond de dag van de patroonheilige op 29 september.
El Morro en Cueva Bajondillo
Inwoners noemen de rots die als een punt de zee insteekt tussen Playa La Carihuela en Playa El Bajondillo ‘El Morro’. Bij bouwwerkzaamheden in 1989 werden grotten in de bergwand onder het uitkijkpunt San Miguel ontdekt. Archeologen vonden hier de bewijzen van de aanwezigheid van Neanderthalers. Op basis van hun vondsten concludeerden ze dat de vroege bewoners van deze plek tot de eerste mensen ter wereld behoorden die zeevruchten aten en dat Neanderthalers zich dus niet enkel voedden met rauw vlees. Bovenop de strategisch gelegen rots verscheenwerd in 1763 Castillo Santa Clara gebouwd. Dit fort diende net als de Torre de los Molinos ter verdediging van de molens en de mensen die er werkten. In 1898 kocht de rijke Brit George Langworthy het fort, dat tot dat moment het hoofdkwartier voor carabineren was, om er zelf te gaan wonen. Langworthy transformeerde het tot een schitterende woning met weelderige tuinen. De Brit stond bekend als weldoener en schonk een groot deel van zijn geld aan bedelaars en andere hulpbehoeftigen. Omdat zijn fortuin zo snel slonk, besloot hij een deel van zijn ‘Castillo del Inglés’ om te vormen tot hotel. Hotel Castilla Santa Clara werd in de jaren daarna een ontmoetingspunt voor tegenstanders van het Europees fascisme en verwelkomde beroemde gasten als Pablo Picasso en Salvador Dalí. Lang na de dood van Langworthy in 1945 werd in 1971 het huidige, niet al te fraai ogende hotel gebouwd.
Hotel Pez Espada
Een ander belangrijk symbool voor de komst van massa’s toeristen in de stad is hotel Pez Espada. Het werd in 1959 geopend en was het het enige gebouw met verdiepingen aan het strand, waar verder slechts vissershuisjes stonden. Geen ander hotel in de stad kan zich bogen op het feit dat beroemdheden als Frank Sinatra, Ava Gardner, Sofía Loren, Elton John en Brigitte Bardot er ooit de nacht doorbrachten of een dry Martini bestelden in de sjieke lobby. Een bekend incident is dat van Sinatra die in 1964 in Pez Espada werd opgepakt nadat hij de camera van een lastige fotograaf had vernield. De zanger moest mee naar het politiebureau in Málaga, kreeg een boete en werd het land uitgezet. Torremolinos kreeg dankzij deze beroemdheden kleur in een tijd dat het Spanje van Franco nog zwart wit was en hotel Pez Espada speelde in deze ‘ gouden eeuw’ een belangrijke rol. Het hotel is nog steeds in bedrijf en werd onlangs omvangrijk gerenoveerd.
La Nogalera
Tot vroeg in de jaren zestig was Torremolinos, afgezien van hotel Pez Espada voor het selecte gezelschap dat Torremolinos als glamoreuze vakantiebestemming koos, slechts een visserswijkje van de stad Málaga. De gemeente besloot dat het dorpje wel wat met de tijd mee kon gaan en trok architect Antonio Lamela aan die voor het centrum van de stad het appartementencomplex La Nogalera ontwierp. Op een grondstuk van 23.000 vierkante meter verrezen zes hoge gebouwen die via loopbruggen met elkaar werden verbonden met onderin gemeenschappelijke tuinen, zwembaden en ruimte voor horeca en winkels. Binnen het complex werd zelfs een ‘pueblo Andaluz’ aangelegd, met smalle straatjes, witte gevels en pittoreske pleintjes. Door de populairder wordende clubs die er zaten, kreeg Torremolinos steeds meer faam als plek voor vrije geesten. Iconische restaurants als El Caballo Vasco, El Igueldo, Cosa Nostra en Elle et Luis werden geopend. In de Librería Internacional werden boeken verkocht die dat moment in het franquistische Spanje en soms ook elders verboden waren. Ook waren er veel buitenlandse titels in oorspronkelijke taal verkrijgbaar. Prins Alfonso de Hohenlohe, die later Marbella omtoverde tot een resort voor de happy few, opende in Torremolinos zijn King’s Club met twee orkesten en een flamenco-kwartet. Men at broodjes van de Belgische banketbakkerij Reine Astrid, danste in de Zwitserse salon Bagatelle en kocht kunst uit de verzameling van de Hongaarse Andrés Laszlo. In het beroemde Barbarela traden sterren als James Brown en Tom Jones op en in club Piper’s pastten 1.500 personen. In Tiffany’s kwamen de hippies van weleer bijeen en Bossanova werd vereerd met een bezoek van John Lennon. Torremolinos was het Ibiza van de jaren 60 en pionier van het hedendaagse uitgaansleven.
Met de toename van het aantal commerciële vluchten op Málaga in de jaren zeventig ontdekte ook de massa de kustplaats. In hun kielzog verschenen projectontwikkelaars die – veelal monsterlijke – gebouwen aan de stad toevoegden. Tot dan toe magische hoekjes verdwenen om plaats te maken voor veel steen en beton. De kwaliteitstoerist trok verder naar het westen en de ‘gouden eeuw’ van Torremolinos kwam ten einde. De vrije geest van La Nogalera bleef echter hangen waardoor het gebied nu dé place to be is voor de gay-scene.
Casa de Maria Barrabino
Volledig uit het zicht onttrokken door neonletters en luifels van falafelzaken en souvenirwinkels ligt verscholen onder hoge bomen Casa María Barrabino. Eigenaresse María werd in 1866 geboren in Córdoba en bracht vele zomers door bij familie in Torremolinos voordat ze zich er definitief vestigde op wat toen nog Hacienda San Miguel heette. Ze erfde deze woning van een tante en het werd de plek waar ze veel goeds deed voor de arme bevolking. Ze bereidde maaltijden en hielpen waar mogelijk hun medemens in voor Andalusië zware tijden eind 19e en begin 20e eeuw. Maria Barrabino was de beschermvrouwe van het dorp. Haar finca besloeg wat nu Plaza Costa del Sol is en de straten er omheen. In een nis in de muur die om de woning staat, staat een Christusbeeld. Dit is een van de veertien beelden die deel uitmaakten van een kruisweg of Via Crucis die hier begon en hoger eindigde in de wijk El Calvario. Het huis is inmiddels aangekocht door de gemeente die het in ere wil herstellen en er een museum zal vestigen.
Casa de los Navajas
In Bajondillo ligt aan de gelijknamige straat Casa de los Navajos. Deze woning ligt verscholen tussen monotone, hoge flatgebouwen waar uniforme balkons de aanwezigheid van heel veel toeristen verraden. Anonio Luque Navajas verbouwde suikerriet op een stuk grond dat hij van de markies van Larios huurde bij het vliegveld van Málaga. Die business leverde hem geen windeieren op. Als inwoner van het in het binnenland gelegen Churriana droomde hij er altijd al van aan zee te wonen. Toen hij het zich eindelijk kon veroorloven, bouwde hij 1925 zijn finca aan het strand, vlakbij de toen beroemde hotels Parador de Montemar en Santa Clara. Hij koos voor de destijds zeer populaire neomudéjar-stijl en inspireerde zijn interieur op het Alhambra. In 2000 kocht de gemeente het pand van de laatste generatie eigenaren van de familie. De bijzondere woning is dagelijks gratis te bezichtigen tussen 11 en 14 uur en tussen 18 en 20 uur (Turismotorremolinos.es/es/descubre/lugares-de-interes/casa-los-navajas/).
Parque la Batería
Het centrale park van Torremolinos werd in 2007 geopend op de strategische plek met uitkijktoren en fort vanwaar eeuwenlang de kust in de gaten werd gehouden. Tijdens de Spaanse burgeroorlog werden er twee ondergrondse bunkers en een gangenstelsel gebouwd en een batterij kanonnen toegevoegd. Toen de militairen de plek in de jaren vijftig verlieten, kwam deze in handen van de gemeente die er in 2007 een groot park opende. De originele kanonnen staan er nog en de vijftien meter hoge wachttoren is nu een uitkijktoren voor prachtige uitzichten. Het grote park ligt ten noorden van La Carihuela en is goed bereikbaar per trein (station Montemar). Er zijn ruim 1.000 bomen van 25 soorten, fiets- en wandelpaden, picknickplekken, twee Italiaans ogende fonteinen, een grote speeltuin, een kunstmatig meer waarop je kunt varen in huurbootjes voor 2 euro per uur en een draaimolen. Openingstijden zijn elke dag van 9 tot 23 uur. Huisdieren zijn niet toegestaan (Turismotorremolinos.es/es/descubre/lugares-de-interes/parque-de-la-bateria/).
Krokodillenpark
Aan de rand van Torremolinos, vlakbij waar het nieuwe winkelcentrum INTU verschijnt en naast Aqualand ligt het krokodillenpark. Je kunt hier diverse soorten krokodillen en kaaimannen bewonderen of oogcontact maken met Paco, de grootste krokodil van Europa (Cocodrilospark.com)
Waterpark
Aqualand, het waterpark van Torremolinos is het oudste van de kust en biedt waterliefhebbers hoge glijbanen, golfslagbaden, pierenbadjes, ligweiden en horecagelegenheden. Het is geopend van mei tot begin oktober van 11 tot 18 uur (Aqualand.es).
Stranden
Torremolinos heeft ruim zes kilometer aan brede zandstranden. Elk strand heeft uitstekende voorzieningen, douches, ligbedden, restaurants, diverse mogelijkheden om te watersporten en is goed bereikbaar. Van oost naar west vind je Playa de los Álamos, Playamar, Playa El Bajondillo en Playa de la Carihuela. Playa Los Álamos grenst aan de monding van de Guadalquivir en schurkt tegen Málaga aan. De stranden zijn hier relatief rustig, want verder van het centrum. Beach clubs, waaronder het relatief nieuwe Nuevo & Sur van Nederlanders, zijn tot ver in de omgeving beroemd vanwege een bruisend avond- en nachtleven vooral in de zomer. Playamar wordt ook wel Playa El Retiro genoemd en is op het gebied van watersporten het beste uitgerust. Je kunt hier aan parasailing doen, paddle boarden en kajakken tegen betaalbare prijzen. Playa El Bajondillo is het stadsstrand en bereikbaar via de panoramische trappen vanaf Calle San Miguel in het historische centrum of met de lift (50 ct). Onder veel Nederlanders is het meest westelijk gelegen strand Playa La Carihuela erg beroemd. In de wijk met smalle straatjes achter het strand vind je diverse Nederlandse én ook Vlaamse horecazaken voor een Hollandse Nieuwe, een frikadel of een broodje kroket. Er is zelfs een Surinaamse toko.
Culinair
Zoals al eerder genoemd hoef je dankzij het gigantische horeca-aanbod bij een bezoek aan Torremolinos geen honger of dorst te lijden. Ongetwijfeld vind je tussen de 933 horecagelegenheden iets van je gading. Het zijn er zoveel dat het hier wat ver voert om een opsomming te geven. Het grootste aanbod ligt vanzelfsprekend langs de kust en in het historische centrum. Ook in La Carihuela wemelt het van de gezellige en lekkere plekjes. Vanwege de vele nationaliteiten is de keuze uit verschillende keukens eindeloos. La Carihuela is een klein mekka voor Nederlanders met veel Nederlandse bars (Carribean, de Klikspaan, Eurocafé, Trefpunt en Stamcafé), de Nederlandse winkels Supermercado Diferente en ‘t Kruideniertje. Dus mocht je tijdens je verblijf in Zuid-Spanje trek hebben in een broodje kroket of een uitsmijter, dan strijk je hier neer. Zelfs voor een Hollandse Nieuwe kun je terecht bij Luna Azul aan de boulevard. Toch vind je hier ook Spaanse restaurants met goed eten zoals El Botijo met bijvoorbeeld lam, konijn of ‘cochinillo’ (speenvarken) op het menu, Tito Juan, een begrip is in deze kustplaats of het enorme Casa Juan midden in Carihuela met het standaardrepertoire aan gefrituurde vis of gerechten à la plancha. Erg goed eet je bij chiringuito Rafael aan de boulevard vlak tegen Benalmádena en Puerto Marina aan. Genieten van internationale en verrassende gerechten kan bij Gastrobar Florín. In het centrum vlakbij Playa Bajondillo vind je Ibiza Grill Bar Restaurant en El Gato Lounge aan de boulevard. Wat exclusievere gerechten worden geserveerd bij Coco Bambu en Aziatisch eet je bij Tiki Lounge. Calendula serveert heerlijke tapas.