Hello, are you looking for a restaurant?
Nee hoor, dank je wel.
You are speaking Dutch to me! Are you from Holland?
That´s right.
I like Holland! Auf wiedersehen!
Met een voldane glimlach loopt de jongen terug naar de deur van het restaurant waar hij de voorbijgangers naar binnen probeert te praten. Hij is er maar wat trots op dat hij zoveel mensen in hun eigen taal kan begroeten… Ik moet hardop lachen. Malagueños en taal, het is een aparte combinatie.
Jaren geleden was de meest gehoorde klacht dat er zo weinig Engels gesproken werd. Een overblijfsel uit het verleden onder dictator Franco, toen het leren van vreemde talen geen enkele prioriteit had. Inmiddels ziet men het belang in, zeker na de toeristische boom die Málaga ondergaan heeft. De talenscholen richten zich niet meer alleen op buitenlanders die Spaans willen leren, maar steeds meer op Malagueños die hun Engels willen verbeteren.
Maar hoeveel moeite de Malagueños ook mogen hebben met het gebruik van de Engelse taal, zo creatief zijn ze in het gebruik van het Castiliaans. Het dialect uit Málaga is zelfs voor een Spanjaard moeilijk te volgen. Deels door de slechte uitspraak, maar vooral omdat het doorspekt is met woorden waarvan alleen de Malagueños de betekenis kennen.
Zelf ondervond ik dat een aantal jaren geleden toen ik voor een sollicitatie naar Mallorca moest. ´s Ochtends liep ik zelfverzekerd een bar in en ging aan de volle bar zitten. Daar bestelde ik een broodje met olie en tomaat en een koffie met melk. Althans dat dacht ik. In Málaga had ik zonder problemen mijn bestelling gekregen, maar op Mallorca dacht een halve bar dat ik de arme barman in de maling wilde nemen. Later begreep ik dat het voor hen anders geklonken had: een smurf met olie en tomaat en een dubbele helft (pitufo con aceite y tomate y un mitad doble).
De dubbele helft is verzonnen door de oude eigenaar van de beroemdste koffiebar van Málaga, Café Central. Om verwarring te voorkomen bij alle verschillende bestellingen waarbij iedere gast een andere hoeveelheid melk in zijn koffie wilde. Daarom bedacht hij verschillende namen, die nog altijd op een groot mozaiek achterin de bar hangen. Zo zijn de schaduw (sombra), de wolk (nube) en nog zeven andere koffies inmiddels ingeburgerd in het taalgebruik van de Malagueño.
Maar ook El Pimpi, waarschijnlijk het beroemdste restaurant van de stad, kreeg zijn naam door het creatieve taalgebruik van de Malagueños. De naam komt door de mannen die zich aan de bar ophielden, wachtend op toeristen en bemanningen van een van de vele boten die in de haven lagen. De mannen gaven rondleidingen door de stad, brachten ze naar restaurants of hotels en, indien gewenst, werden er ook dames van plezier geregeld. Vandaar dat de mannen al gauw de bijnaam Pimpi´s kregen, een verbastering van het Engelse pimp (pooier).
Sowieso is de haven een bron van mooie nieuwe woorden. Overal in Spanje heet een boormachine bijvoorbeeld een taladro, behalve dan in Málaga. De eerste boormachines kwamen namelijk aan wal in de haven maar de havenarbeiders konden de merknaam niet uistpreken: Warrington. En dus spraken ze het maar op hun eigen manier uit: guarrito. En zo heten de machines nog steeds.
Het is nu nog slechts wachten totdat alle Malagueños Engels spreken, ik ben erg benieuwd wat voor uitvindingen er dan bijkomen!
Sander is eigenaar van Hotel Casa de las Mercedes, gevestigd in een 18e eeuws pand in het centrum van Málaga. Zijn liefde voor Málaga is groot, in zijn columns deelt hij interessante feiten over de stad met de lezers.
casadelasmercedes.com
ditismalaga.nl.