Zon, zand en zee.
In het zuiden van Spanje hebben we het allemaal binnen handbereik. Of je nu even een paar uurtjes met een boek op het strand wilt zitten, met een cocktail van de zonsondergang wilt genieten of een dag actief wilt zijn: in Andalusië kan het allemaal. Voor deze editie gingen we naar Zahara de los Atunes en genoten van strand, cultuur en lekker eten.
Tekst & foto’s: Maria Kupers.
Met dank aan: Cira Caballero, Curro Bonilla, Centro HÃpico Al Jibbah, AugustÃn Conejo Medina, Rodrigo Zatarain.
Toegegeven, het is een eindje rijden vanaf Málaga maar we wilden eens een ander strand in de provincie Cádiz bezoeken dan dat van La Linea of Tarifa. Eenmaal voorbij Algeciras draagt het uitzicht over glooiende heuvels en de Atlantische Oceaan bij aan het vakantiegevoel.
Het strand
Zahara telt 14 kilometer strand, helemaal aaneengesloten, dus je kunt een lange wandeling door de branding maken. Alleen de Playa del Cañuelo ligt in een afgesloten baai, je kunt er met de auto niet komen (15 minuten lopen vanaf parkeerplaats) en er zijn geen voorzieningen. Vanaf dit strand zijn diverse wandelroutes richting Bolonia aangegeven. Op die route kom je ook langs La cueva de la Zorra waar door de vloed een klein binnenmeertje ontstaat waar je in kunt zwemmen.
Net als elders in Cádiz staan ook in Zahara de los Atunes niet veel ligbedjes op het strand en zijn er ook nauwelijks strandtentjes, opzichtige luxe beach clubs zijn er al helemaal niet te vinden. Begroeide duinen, warm wit zand met hier en daar mooie schelpen en gladgepolijste steentjes en het geluid van de golven geven je het gevoel dat je midden in de natuur zit. ’s Ochtends zijn er op het strand bij de riviermonding zelfs koeien te zien!
Saai?
De stranden van Zahara zijn niet te vergelijken met de volle, bruisende stranden van de Costa del Sol maar dat betekent absoluut niet dat ze saai zijn. Je kunt er surfen, zeilen, paardrijden, kitesurfen en een mooie wandeling door de duinen van de Playa del Cabo de la Plata maken. In het dorp zelf kun je kiezen uit een ruim aanbod aan bars en restaurants waar je onder andere kunt genieten van gerechten met tonijn.
De naam ‘Zahara de los Atunes’ zegt het al:
dit is dé plek voor visliefhebbers
Eeuwenoude traditie
In de omgeving van Zahara zijn bewijzen gevonden dat er in de tijd van de Feniciërs en Romeinen al op tonijn gevist werd. Er waren toen nederzettingen maar er was nog geen sprake van een echt dorp. In 1294 kreeg de Graaf van Medina Sidonia, in ruil voor zijn verdediging van Tarifa, van de koning toestemming op grote schaal op tonijn te vissen in Zahara de los Atunes.
Hij bouwde het Castillo waar de vis kon worden verwerkt voor deze naar Conil werd vervoerd.
In dat kasteel, ook wel het Castillo de la Chanca genoemd, werkten en woonden gevangenen uit Sevilla. Als het seizoen weer voorbij was gingen ze terug naar hun cellen. De resten van het 18.000 vierkante meter tellende kasteel liggen vlak bij het strand. Binnen staan een paar kleine informatieborden zodat je weet wat waar was, binnenkort wordt er begonnen met een grondige restauratie om er een officieel bezoekerscentrum van te maken.
De vroegere hal waar de vis gezouten werd is in 1906 in gebruik genomen als kerk. Die is absoluut een bezoekje waard, de pracht en praal van andere kerken in Andalusië ontbreekt hier totaal.
De weg kwijt in de almadraba
Voor de visvangst werd gebruik gemaakt van een methode die vandaag de dag nog steeds wordt toegepast: de almadraba. De almadraba is een soort doolhof van netten dat in de zee wordt uitgezet. Deze netten komen niet tot op de zeebodem en kleinere vissen kunnen er gewoon doorheen zwemmen. Alleen de grootste tonijnen, van ongeveer 300 kilo, blijven in de netten steken en worden er dan uitgehaald. Vroeger deden vissers dat met een haak, tegenwoordig gebeurt dat met een hijskraan.
De tonijnvangst vindt plaats in mei, als de tonijnen op weg zijn naar de Middellandse Zee om zich voort te planten, en in september als ze weer teruggaan naar de Atlantische Oceaan. Vanaf het hoogste punt in de wijk Los Alemanes heb je een goed zicht op de netten. Ze liggen relatief dicht bij de kust, de tonijnen zouden er makkelijk omheen kunnen zwemmen ware het niet dat ze vanwege de orka’s liever in wat ondieper water zwemmen. De inwoners van Zahara zien de orka’s dan ook als hun grote vrienden. Er is dan ook een grot naar hen vernoemd, in deze Cueva de las Orcas zijn tekeningen uit de prehistorische tijd te vinden.
de oude zouthallen, nu kerk de almadraba
Los Alemanes?
Iets voorbij de grote urbanisatie Atlanterra, die bijna tegen Zahara de los Atunes aanligt maar eigenlijk bij Tarifa hoort, ligt de wijk Los Alemanes. Er is ook een strand met deze naam. Dat roept vragen op.
De inwoners van Zahara hebben het antwoord: eind jaren veertig en in de jaren vijftig kwamen hier rijke Duitsers wonen. Ze bouwden grote villa’s en hun wijk werd bewaakt door de Guardia Civil. Niemand had dus echt contact met hen maar in de decennia daarna wel met hun zonen en dochters. Daardoor bleek hun vermoeden bevestigd, het zou zijn gegaan om een deal die Franco had gesloten om oud-nazi’s een veilige plek te bieden. Omdat kinderen nu eenmaal niet de schuld hebben van wat hun ouders gedaan hebben, doet niemand hier vandaag de dag nog moeilijk over.
Onbekend bij buitenlanders
Op de paar nazaten van de Duitsers na, komen er relatief weinig buitenlandse toeristen in Zahara. De plaats is vooral geliefd bij de Spanjaarden uit het noorden van het land. Die genieten er van hun vakantie in één van de diverse hotels, op de camping of in hun eigen vakantiehuis. Je ziet hier geen torenhoge gebouwen, het valt echter wel op dat er veel grote en moderne villa’s staan en in de straatjes in de dorpskern druk gewerkt wordt aan het restaureren van oudere panden. Modern, gezellig, luxe en kneuterigheid zijn verwerkt in een aantrekkelijke mix die het dorp een relaxte sfeer geven.
Leve het toerisme
Het dorp leeft van de visvangst en het toerisme. Een gemiddelde tonijn levert 6.000 euro op (€50 per kilo) en aan de huizen, winkels en horeca te zien heerst er geen armoede. Toch is het leven hier niet voor iedereen makkelijk. In de wintermaanden staan veel huizen leeg en zijn de hotels gesloten. De ruim duizend bewoners zijn dan weer op zichzelf aangewezen. Omdat lang niet iedereen een vast en goedbetaald contract heeft, kan ook niet iedereen aanspraak maken op een uitkering. Ze moeten dan leven van wat er in de zomer van de fooien gespaard kan worden en van wat de natuur biedt om te verkopen. Paddenstoelen, slakken, diverse plantensoorten en kleinere vissen worden dan op de straathoeken verkocht.
De inwoners spreken met liefde over hun dorp. Ze hebben bijna allemaal elders gestudeerd en zijn weer teruggekeerd vanwege die liefde. Maar ze maken zich wel zorgen over de toekomst. Zo is er in de zomer nu al niet meer voldoende drinkwater en komt het regelmatig voor dat bewoners van oudere huizen die geen waterdeposito op hun dak hebben, niet kunnen douchen.
Volgens hen zou het aantal toeristen, en dus ook de hotels en huizen, moeten worden gelimiteerd tot dát aantal waarvoor alle voorzieningen gegarandeerd kunnen worden. Er zou paal en perk gesteld moeten worden aan de speculatie met huizen en grond, het gevolg daarvan is namelijk dat de bewoners zelf geen (huur)woning meer kunnen betalen.
Zahara in de winter
Net als in andere plaatsen langs de kust, zouden de inwoners graag willen dat er het hele jaar door mensen komen. Ze zijn ervan overtuigd dat dit zou moeten kunnen, Zahara heeft immers veel meer te bieden dan zon en zee. Behalve dat een strandwandeling en een lekkere, niet zo dure, maaltijd ook in de winter lekker zijn, valt er veel meer te doen. De natuurparken La Breña en El Estrecho liggen vlakbij en zijn uitstekende bestemmingen voor wandelaars, vogelliefhebbers en fietsers.
Stenen daken tegen piraterij
In de eeuwen na de bouw van het Castillo de Zahara begon zich een heus dorp te vormen. In het begin woonden de vissers in rieten hutjes rondom het kasteel. Maar omdat piraten regelmatig het dorp overvielen en lukraak inwoners ontvoerden waarvoor dan losgeld betaald moest worden, werden uiteindelijk stenen huizen gebouwd. De daken waren ook van steen, de zogenaamde ‘bóveda’ , dezelfde methode die in de zouthallen (nu de kerk) is toegepast.
Riviermonding Rio Cachón
Grappen en grollen
Weer en wind, piraterij en lange werkdagen, het leven in Zahara was niet altijd makkelijk. Maar de inwoners wisten ook vroeger al van spaarzame vrije momenten een feestje te maken. Na een lange werkdag kwamen vissers, zigeuners en arbeiders met hun families relaxen langs de oever van de rivier Cachón. Daar maakten ze muziek en voerde de lach de boventoon.
De inwoners van Zahara zijn er trots op dat deze traditie een in heel Spanje bekende uitdrukking heeft opgeleverd: ‘cachondeo’, het samen maken van grappen.
De traditie om te feesten en te lachen leeft vandaag de dag nog steeds voort. In de zomermaanden zijn er elk weekend, en ook regelmatig door de week, concerten in diverse bars in het centrum. Na een dagje strand lonkt het bruisende ongedwongen nachtleven waar Zahara de los Atunes ook om bekend staat.
Praktisch
Afstand Málaga – Zahara: 199 km
Parkeren: in de straten of op de speciale parkeerplaatsen voor €4 per dag.
Overnachten: hotels en vakantiehuizen in diverse prijsklasses, 1 hostal, parking campers en een camping.
Live muziek vanaf 22u: Espacio Cultural La Higuera, Pez Limón, La Luna, Bibi
Paardrijden: hele jaar door, in de zomer op het strand liever vroeg of laat op de dag